RONKER kampt met groeipijnen; wat doe je als je als je het randjes-lopen maar niet wilt ontgroeien? “Een no-nonsense stootkogel van een plaat droppen!” moet de band gedacht hebben. Een ode aan de randjeslopers binnen de maatschappij, waarin niet op zoek gegaan wordt naar de Jezus onder de marginalen, maar waar soelaas gevonden word in zelf-acceptatie.
‘Fear is a Funny Thing Now Smile Like a Big Boy’ of in het kort FIAFTNSLABB (uitgesproken Fiaftensjleub) is niet alleen een ode aan het vieren van de naïviteit, de plaat is bewust heel rauw en speels gehouden. De band speelt een soort duplo-metal waarin gekozen worden voor simpliciteit en een breed kleurenpalet. Waar RONKER’s kwaadheid voorgaand nog intern was, is deze nu een stuk extraverter en meer uitgesproken. Zelfhaat heeft plaats gemaakt voor angst om op te groeien.
Op hun debuutplaat klinkt de band hongerig, nerveus en grossierend in zijn bipolaire aard: het je-m’en-foutisme van post-punk en het betonnen karakter van 90’s alt-metal dragen beiden even hard bij aan hun DNA. In hun brouwsel waar brokken hardcore vermengt worden met noise, indie, prog en punk is geen enkel huisje nog heilig.
Wie zegt dat Belgen met stevig gitaarwerk alleen deinende post-punk dan wel metal kunnen fabriceren, krijgen met het debuut van RONKER een knoert in hun gezicht gekogeld.
Indiestyle